Deze oude ansichtkaart is uit het jaar 1913. ‘De Gouden Leeuw’ (ook wel een periode ‘Hotel Kets’ genoemd) te Laag-Keppel is omstreeks 1766 geopend en diende als een der vele pleisterplaatsen van de diligence. Dat reizen in vroegere tijden een grote onderneming was is bekend. Zo was het dat wanneer grootvader Kets naar Amsterdam ging, dit van tevoren van de kansel in de kerk werd meegedeeld en voor een behouden reis voor hem werd gebeden.
J.A. Klokman zegt in zijn ‘Schetsen en taferelen uit den Achterhoek’ (1856) over dit logement het volgende:
“Het schoonste gezigt, dat Keppel ter beschouwing oplevert, is het punt, waar de straatweg van Doesburg naar Anholt en de grindweg van Zutphen naar Emmerik elkander rechthoekig snijden, vlak voor het schoone en tevens bij uitstek goede logement De Gouden Leeuw.”
De kastelein van ‘de Gouden Leeuw’ in Laag-Keppel belde je in 1915 door: 2 te kiezen. En wie het nummer van een zekere G.J. Teerink moest onthouden, had het nog gemakkelijker. Hij had telefoonnummer 1.
Om met het telefoonboek van Hummelo en Keppel te kunnen werken hoefde je dus beslist niet tot 10 te kunnen tellen. Je kon het af met de vingers op één hand.
In 1915 stonden alle abonnees in Nederland, circa 75.000 aansluitingen, nog in één telefoonboek dat 754 pagina’s telde. Hummelo en Keppel had toen de volgende 5 aansluitingen:
- 5 Eggink, G.
- 4 Hupkes, W., Hôtel ‘de Gouden Karper’ Hummelo
- 2 Kets, G.W., Hôtel ‘de Gouden Leeuw’ Laag-Keppel
- 3 Kollf, Dr. J., Arts
- 1 Teerink, G.J.
Wanneer men zelf geen telefoon thuis had, kon men bellen in een openbare spreekcel:
“Eene openbare spreekcel is gevestigd in het Hulptelegraafkantoor te Laag-Keppel.
Diensturen: Werkdagen: van 9.– vm. tot 1.– nm., van 2.– nm. tot 3.30 nm., van 6.– nm. tot 7.30 nm. Zon- en Feestdagen: van 8.– vm. tot 9.– vm.”