Het bijschrift bij deze oude tekening luidt: De Bielemans dansten zonder ophouden op de maat van ’t versje, …….
Het is afgebeeld in het boek ‘De Zoon van den Dorpssmid’ van Charles Krienen dat zich afspeelt aan het begin van de vorige eeuw in Laag-Keppel. Uitgebreid wordt daarin de kermis beschreven.
De tekening heeft betrekking op de rondgang van de Kleine Schutterij, de enige nog overgebleven schutterij in Nederland.
Deze werd in 1895 opgericht om de kinderen alvast te laten oefenen voor het grote werk en omdat fijn samen spelen en leven in de dorpen ook wel eens gevierd mag worden.
De bloemenmeisjes in het wit halen voor de bielemannen ‘de goede gaven’ op en alle kinderen genieten van de traktatie!
De Bielemans
in het boek ‘De Zoon van den Dorpssmid’ van Charles Krienen
De Kleine Schutterij trekt tegenwoordig nog door Laag- en Hoog-Keppel en Eldrik. Krienen schrijft in zijn boek:
“Behalve de kermis met haar schutterij, haar kippensoep, stokvisch en rijstebrij, is er zelden iets bijzonders in ons dorp te doen.”
Van oorsprong is het feest een middeleeuws oogstfeest. De boeren hadden de oogst binnen en dat was een feest waard. Er werd naar een vogel geknuppeld en op paarden werd getracht een vette gans bij de kop te pakken. Ook het zelf gebrouwen bier en de zelfgestookte jenever smaakte goed! Met de komst van de schutterijen werd er op de vogel geschoten en met lansen in ringen gestoken.
